Ik ben op zoek naar dat ene klavertje vier, dat honderden schrijvers ook willen vinden. Het is zeldzaam en laat zich moeilijk vangen. Af en toe ben ik er dichtbij, maar het wappert in de wind. En dan… vangt iemand anders het. Meestal iemand die al heel veel klavertjes op zijn schouw heeft staan.
Toch blijf ik geloven dat ik op een dag mijn klavertje vind. Of beter nog: dat het mij vindt. Dat het bij mij terecht komt omdat ik echt ben. Dat ik niet belangrijk ben, maar wel de verhalen die in me leven. Verhalen die op hun beurt anderen geluk brengen en vreugde scheppen. Verhalen die opvallen in de uitgestrekte woestenij van het boekenlandschap.
Ik weet dat het tijd vraagt en ik heb geduld. Tot die tijd blijf ik ronddolen en roepen in de woestijn.
'Lees mij! Hoor mij! Geef me een kans mijn verhaal te delen!'
Want uiteindelijk doet het verhaal ertoe en niet de madam erachter.
Nu stop ik, want ik weet het even niet meer. Ik krijg geen zinnige letter meer op papier. Zo zie je maar, zelfs een schrijver weet af en toe niet meer wat neer te pennen en staart nietsziend naar een leeg blad papier. Frustrerend. Net zoals mijn zoektocht naar dat klavertje vier.
Reactie plaatsen
Reacties